Naast de ballettechniek, die in deze lessen een grote plaats inneemt, staat ook hier het dansplezier voorop. De les is opgebouwd uit verschillende onderdelen. De les begint met een opwarming aan de barre door middel van verschillende oefeningen, bijvoorbeeld evenwicht- en rekoefeningen. Daarna wordt in het midden van de zaal aandacht besteed aan adagio’s (langzame, vloeiende bewegingen), pirouettes en sprongen.
Deze oefeningen komen ook terug op de diagonaal, waarbij daarnaast grotere combinaties (delen van een dans) gedanst worden door de hele zaal. Vanaf ongeveer 12 jaar is er na de les de mogelijkheid een kwartier spitzenles te volgen. In overleg met de docent zal bekeken worden of de voeten en enkels sterk genoeg zijn. Ook met spitzen wordt aan de barre begonnen om van daaruit losse combinaties te kunnen uitvoeren.